-
Welke siliconenkit moet ik gebruiken?
De samenstelling van de siliconenkit bepaalt hoe elastisch de kit is en hoe snel ze uithardt. Voor algemeen gebruik kan je universele siliconenkit gebruiken.
Als je de siliconenkit gebruikt voor in de badkamer of natte ruimtes, kun je het beste een schimmeldodende kit gebruiken. Deze kit voorkomt het zwart worden van de voegen na verloop van tijd. Let op dat er overschilderbare en niet-overschilderbare siliconenkit bestaat. -
Hechting
Niet iedere kit is te gebruiken voor elk doel. Zo kun je acrylaatkit beter niet gebruiken op glas, tegels en gladde ondergrond. Siliconenrubber, teflon en bituumkit hechten dan weer beter op bitumen en daken. In een aantal gevallen kan je de hechting verbeteren met een primer.
-
Kit overschilderen
De meeste kitten zijn verkrijgbaar in wit, grijs, zwart, bruin of transparant. Je kiest de kleur die het beste past bij de ondergrond of je schildert de kit in de kleur van de ondergrond. Kijk eerst op de verpakking of de kit overschilderbaar is. Ga je kit overschilderen, dan moet je er rekening mee houden dat de verf zelf niet elastisch is en naderhand kan gaan scheuren.
-
Oxidatie
Als er zure bestanddelen in de siliconenkit zijn verwerkt kan er oxidatie ontstaan op de ondergrond. Dit kan zijn op spiegels, natuursteen en marmer, aluminium of koper. Wil je geen risico nemen, neem dan zuurvrije kit. Je kunt dat eenvoudig controleren door aan de onderzijde van de tube te ruiken.
-
Schone ondergrond
Als je een scheur in de hoek van een muur wilt opvullen, moet je de loszittende deeltjes eerst verwijderen met een driehoekige schraper of scherp mes. Daarna maak je de opening schoon met een kwastje of stofzuiger. Verwijder ook lijm, kitresten of vet. Dit doe je met spiritus of een vetoplosser.
-
Afplakken
Als je nauwkeurig wilt werken en je weet niet zeker of je een strakke kitstrook kan aanbrengen zoals in moeilijk bereikbare plaatsen, is afplakken het beste. Plak met schilderstape de plaats aan weerszijde van de strook af. Verwijder naderhand de tape voordat de siliconenkit droog is.
-
Het plaatsen van de kitkoker
Snij met een hobbymes het tuitje van de kitkoker weg. Snij daarna ook het puntje van de spuitmond weg. Snij je een klein stukje af, dan krijg je een smalle kitstrook. Snij je verder dan krijg je een brede kitstrook. Let op dat je de kitstrook 1 tot 2 mm breder maakt, dan de voegopening. Plaats vervolgens de koker in het kitpistool. Als je het handvat inknijpt zal de spuitmond zich vullen met siliconenkit. Stop als je de siliconenkit kunt zien.
-
Het maken van de voeg
Voor de juiste positie houd je het kitpistool in een hoek van 45° en trek je het kitpistool naar je toe. Om de siliconenkit netjes aan te brengen moet je de juiste kitsnelheid vinden. Ga je te traag, dan krijg je een hobbelig kitoppervlak en verspil je onnodig siliconenkit. Ga je te snel, dan krijg je geen goede vulling. Op het eind van de voeg laat je het handvat los en druk je op de knop achter op het kitpistool, de siliconenkit stopt dan direct. Doe je dit niet, dan zal er nog overbodige kit uit het pistool komen.
-
Kitstrook afwerken
Maak in een schaaltje of beker een zeepsopje. Je strijkt de voeg glad, door je vinger in het zeepsopje te steken en vervolgens over de voeg te strijken. De zeepsop zorgt ervoor dat je vinger niet aan de siliconenkit blijft plakken. Je kunt ook wat zeepsop met een plantenverstuiver aanbrengen. Blijft er toch wat siliconenkit achter, verwijder die dan direct met het zeepsopje. Droge kitvlekken kan je verwijderen met een mesje en een harde spons. Er zijn speciale spateltjes en reinigers verkrijgbaar om siliconenkit aan te brengen en te verwijderen.