Muur behangen

Als voorbeeld;
Elke rol behang is gemiddeld 10 meter lang (1000 cm) en 53 cm breed.

Als je kamer niet hoger dan 3 meter is (300 cm), dan haal je 3 banen uit een rol. Bij behang met bepaalde motieven kan dat minder zijn, omdat de motieven op elkaar moeten aansluiten. Meet de breedte van alle muren en tel deze bij elkaar op. Heb je hoge ramen en deuren, dan trek je de breedte hiervan af en kijk hoeveel je als restant nog nodig hebt. De breedte van een rol is 53 cm. Deel dus de totaal opgetelde breedte door 53.
Deel daarna deze uitkomst door 3: er gaan tenslotte 3 banen uit een rol. Nu weet je het aantal rollen dat je minimaal nodig hebt. Heb je een totale omtrek van 4 x 600 cm totaal 2400 cm, dan heb je 16 rollen nodig bij een hoogte van 265 cm (2400:53:3=15,1 wordt 16).

Er zijn verschillende soorten behanglijm, afhankelijk van de dikte en het materiaal van het behang. De meest gebruikte lijm is een universele behanglijm. Deze behanglijm is op poederbasis. Goed roeren, let op dat er geen klonters in voorkomen. Laat de lijm 10 minuten rusten alvorens te gebruiken. Voor vinyl, textiel en glasvezelbehang gebruik je een gebruiksklare behanglijm met een lijmkam.

Bij het knippen van het behang neem je een papiermarge van 5 cm boven en 5 cm onder. Heeft het behang een patroon dat in de breedte moet aansluiten, dan heb je een grotere marge nodig. Let ook op de looprichting van het behang. Een naar beneden hangend bloempatroon is vaak niet zo’n vrolijk gezicht.

Leg de behangbaan op een schone plaktafel met de bedrukte zijde naar beneden. Breng lijm aan met een papborstel en sla de helft van het ingepapte gedeelte naar het midden om en leg je op de grond. Nu even wachten om de lijm in het behangpapier te laten indringen. Intussen kun je een volgende baan klaarmaken.

De muren en kozijnen staan niet altijd loodrecht. Met behulp van een touwtje met een gewichtje contoleer je of alles loodrecht staat. Het slimste is om bij een deur of venster te beginnen met een overlap van 3 cm in de breedte.

Vouw het ingelijmde bovenste stuk van de baan open en plaats die met 5 cm overlap aan het plafond. Verspreid de baan goed over de muur met een schone behangborstel. Druk de baan goed aan, steeds vanuit het midden naar de zijkanten. Wrijf met de achterkant van een schaar in de hoek van het plafond zodat er een vouwlijn ontstaat.

Haal het behang voorzichtig boven los en knip het overtollige stuk met de schaar recht af. Je kunt ook een lat in de hoek leggen en het behang hierlangs afsnijden met een hobbymes. Dit gaat beter als je de lijm iets laat drogen.

Bij kozijnen en ramen knip je het overtollige behang, naar de hoeken, schuin in. Wrijf weer met achterkant van de schaar tegen het kozijn, tot er een vouwlijn ontstaat. Hierlangs kun je het behang dan recht afknippen.

Je kunt de behangbanen het beste zijkant tegen zijkant plakken zonder overlapping. De naden druk je aan met een schone doek of een behangersrolletje. Lijmresten verwijder je voor het drogen voorzichtig met een vochtige spons.

Plakken in de hoek
In een hoek van de kamer kan je het behang gemakkelijker plakken als het maar 1 cm om de hoek gaat. Je knipt het behang in de lengte door en drukt het goed in de hoek. De andere helft van de baan of een nieuwe baan plak je dan direct over die 1 cm in de hoek.

Schakel eerst de stroom uit, en schroef daarna het afdekplaatje los. Het behang kun je zo over de opening plakken. Knip daarna met de schaar een opening naar de hoeken. De flappen knip je recht af zodat het stopcontact of de schakelaar vrijkomt. Monteer daarna het afdekplaatje terug.

Het is altijd lastig om achter de radiatoren te behangen. Je kunt het beste het behang in de lengte knippen tot waar de leidingen uit de muur komen. Daarna snij je de baan over de totale hoogte van de radiator af. De rest van het behang kun je nu met een doek omwikkelde bezemsteel tegen de muur aandrukken of met een schone verfroller. Je kunt er ook voor kiezen de radiator los van de muur te maken, en te ondersteunen met bijvoorbeeld een paar boeken. Let er wel op dat je de leidingen niet teveel verdraait, zodat ze gaan lekken.