Gordijnrail ophangen

Afhankelijk van de beschikbare ruimte en voorkeur, kan je de gordijnrail op verschillende manieren voor het raam plaatsen.

1. Op het kozijn
Plaats de hoekbeugels op het kozijn.

2. In het kozijn
Plaats de railbeugel in het kozijn, voor het glas.

3. Op de muur
Plaats de hoekbeugels boven het raam, tegen de muur.

4. Van muur tot muur
Plaats de hoekbeugels op de muur of tegen het plafond over de volledige muurbreedte. Zo bedek je met het gordijn de volledige muur.

Er zijn verschillende gordijnrails, beugels en runners verkrijgbaar die gebaseerd zijn op twee systemen, in volgorde van afbeelding;

Stalen U-rail:
De rollers en stoppers, schuiven in het u-profiel en zijn minder zichtbaar.

I-rail:
De rollers en stoppers, schuiven op de onderzijde van het i-profiel en zijn zichtbaar aan de buitenzijde.

Aluminium U-rail:
De glijders en stoppers, schuiven in het u-profiel en zijn minder zichtbaar.

Om het raam vrij te houden als je de gordijnen openschuift, moet je aan weerszijde van het raam ongeveer 20 cm bijtellen. De gordijnrail wordt dan dus 40 cm langer dan het raam inclusief kozijnen. De beugels kun je op 10 cm van de uiteinden van de gordijnrail bevestigen. Plaats een beugel om de 50 cm. Zo is de verdeling het mooist en de gordijnrail zal niet doorbuigen als de gordijnen hangen.

Zaag het gordijnrail met de platte zijde naar boven gericht op de gewenste lengte af.

Om het gordijn vrij te laten hangen van de muur, neem je 7 cm ruimte. Gebruik je een dubbele gordijnrail, bijvoorbeeld bij extra overgordijnen, dan moet je bij die 7 cm weer 5 cm bijtellen.

Bepaal de plaats van de eerste beugel, markeer de boorgaten en boor de gaten met een dunne houtboor voor, mits je de beugel op het kozijn plaatst. In het geval van een stenen muur gebruik je een 6 mm steenboor en gebruik je pluggen. Hierna schroef je de eerste beugel gedeeltelijk vast. Steek de gordijnrail in de beugel en stel de rail met een waterpas horizontaal. Hierna markeer je de plaats van de tweede beugel. Let er op dat de linker- en rechter beugel op gelijke afstand van het kozijn zitten.

Bepaal het midden van het raamkozijn en markeer (met een winkel- of hoekhaak) het midden op het plafond. Vanuit dat midden meet je de beugelafstand naar links en naar rechts. Let op de beugelafstand van het raam voor voldoende vrijloop van de gordijnen. Plafondbeugels zijn ook verkrijgbaar voor dubbele gordijnrails.

Het gordijn wordt aan de glijders of rollers gehaakt (zie railsoorten bij stap 2). Er zijn verschillende typen runners, glijders en rollers, maar de werking is hetzelfde. Je steekt een gordijnhaakje door het gordijnband van het gordijn, kantelt het met het haakje naar voren en steekt die in de runner. Aan de twee uiteinden van de gordijnrail schroef je stoppers, leverbaar in diverse uitvoeringen. De stoppers voorkomen dat de runners uit de gordijnrail lopen.

Als je de bovenzijde van de gordijnen niet wil zien, kun je een gordijnkoof plaatsen. Je kunt de koof met een kleine beugel aan dezelfde railsteunen monteren, mits deze niet te zwaar is. Voor de afwerking kun je aan het eind van de koof de hoeken netjes afwerken door terug te vouwen tegen de muur.